Hoe krijgen we meer sociale cohesie op de VU-campus? Studentenvertegenwoordigers en bestuurders en managers van de VU brainstormden daar met elkaar over tijdens een vegetarische maaltijd. Krijgen we hier ook boeken- en schilderclubs?
Een niet al te grote zaal in De Veranda, aan de Amstelveenseweg, stroomde vorige week maandagavond vol vertegenwoordigers van studenten- en studieverenigingen, clubs en organisaties, studentenraadsleden en VU-diensten voor een ontmoeting met het college van bestuur van de VU.
Bestuursvoorzitter Mirjam van Praag zei blij te zijn dat iedereen elkaar eindelijk weer in het echt kon ontmoeten, ook op de VU-campus. Want het VU-gebouw mocht dan grijs en saai zijn en de koffie aan de De Boelelaan niet altijd even lekker, “ik heb de ontmoetingen gemist en ben blij dat we weer van het leven kunnen genieten”, aldus Van Praag.
Het is waar, fijn dat het online onderwijs er was tijdens de lockdown, maar een studie is niet compleet zonder een maatschappelijke ontdekkingsreis en de persoonlijke ontwikkeling die je maakt door met elkaar op te trekken en samen te komen.
Met echte mensen aan echte tafel
Toch voelde het wat ongemakkelijk om zo vlak op elkaar aan tafels te zitten in een afgesloten zaal, te eten van een lopend buffet (vegetarisch) en elkaar de flessen bronwater door te geven, als je net op Twitter hebt gelezen dat de besmettingscijfers weer gevaarlijk hoog zijn en de vaccins nu al beginnen uit te werken.
Maar het was ook fijn om weer met echte mensen aan een echte tafel te zitten. Iedereen werd gevraagd om te mengen en dat lukte. Ikzelf zat bijvoorbeeld met een aantal studenten, de directeur van het sportcentrum VU en de directeur van de dienst Student- en Onderwijszaken aan tafel.
‘I want to pick your brains’
We waren daar om het college van ideeën te voorzien. “I want to pick your brains”, zei Van Praag, want de voertaal was Engels. Een dergelijke sessie wordt elk jaar gehouden, vorig jaar online, via Zoom, onder de noemer Griffioen-bijeenkomst, want het was altijd in cultuurcentrum Griffioen op Uilenstede. Maar dat verhuist nu naar het Nieuwe Universiteitsgebouw, dus zaten we in De Veranda.
We moesten brainstormen over manieren om meer samenhang tussen de VU-studenten onderling te creëren. VU-studenten, daar wordt al jaren over geklaagd, hebben niet een heel sterke binding met de campus en met elkaar. Ze komen naar de VU om college te volgen en tentamens te doen en gaan daarna naar huis, vaak wonen ze nog bij hun ouders.
Alcohol en drugs
Hoe zou je die studenten nou langer op de campus kunnen houden, om daar met elkaar in gesprek te blijven, vriendschappen te sluiten en betere burgers te worden? Twee marketingachtige mannen, programmasecretaris campusontwikkeling Stefan Titus en projectmanager student engagement Harm Derks, hielden een inleidend praatje. Titus vertelde iets over de app UniLife, een app waarmee gebruikers (3000, op dit moment) kunnen bijhouden wat er op de campus te doen is en waar. Derks, tijdens een praatje over vernieuwende ideeën, liet op een scherm een foto zien van de Chinese student die in 1989 in zijn eentje een rij tanks tegenhield tijdens de bloedig neergeslagen opstand op het Tienanmenplein in Beijing. Daarna verscheen er een bewerkte versie, waarin de tanks vervangen waren door reusachtige badeenden.
Weinig behoefte aan UniLife-app
Daarna begon het brainstormen. Aan mijn tafel werd er onder andere een feest geopperd waar studenten werden uitgenodigd om solo te komen, om dan ter plekke nieuwe mensen aan te spreken. Andere tafels kwamen met ideeën als boekenclubs en schilderclubs, zoals ze dat op Amerikaanse campussen doen. Sportevenementen, een Suikerfeest-viering, een overzicht op de VU-site van alle studentenorganisaties, dat soort dingen. Eén tafel stelde alcohol en drugs voor. “Maar we hebben niet echt een concrete oplossing”, zei de woordvoerder daarvan.
Eén uitkomst was opvallend. Van Praag zei aan het einde dat er onder de studenten weinig behoefte is aan de UniLife-app, en dat studenten de voorkeur geven aan de digitale leeromgeving Canvas.