De roosterpuzzel was nog niet gelegd of de kaarten werden opnieuw geschud: nóg meer versoepelingen in het hoger onderwijs. Maar gaat het allemaal niet te snel en heeft online onderwijs misschien ook zijn voordelen?
Het mag weer, dit collegejaar: zonder mondkapje door de gangen lopen en college volgen in groepen van meer dan 75 studenten. Dat maakte premier Rutte dinsdagavond bekend. Maar het hoger onderwijs gooit de online lessen nog niet in één klap overboord. Hoe gaat het dan wel de komende tijd?
Roosters op de schop
Bij de VU zijn ze blij met de verruimingen, al zit er wel een ‘maar’ bij: “De maatregelen worden altijd kort van tevoren aangekondigd en dat vraagt veel van de organisatie”, zegt woordvoerder Wessel Agterhof. Daardoor veranderen de roosters niet eerder dan half oktober.
Daarna gaan de VU-studenten pas merken dat er meer fysieke lessen bijkomen. “Vooral voor studenten rechten en psychologie zal het een feest zijn dat ze weer hoorcolleges in grote groepen kunnen volgen.” Als het zo uitkomt, kunnen docenten zelf al meer studenten in hun les toelaten.
De ondernemingsraad van de VU heeft gemengde gevoelens bij de versoepelingen…
Bij hogeschool Inholland waren ze deze week nog druk bezig om de verruimingen die in augustus waren aangekondigd in alle roosters te verwerken. Een “enorme puzzel”, zegt woordvoerder Karlien de Bruin. “Het lukte ons dit collegejaar niet om vanaf dag één fysiek onderwijs in te roosteren voor iedereen.” De nieuwste versoepelingen vindt ze “heel fijn” voor de studenten.
In de roosters van Universiteit Twente werd al rekening gehouden met de nieuwste versoepelingen. “Maar of het gaat lukken om álles weer open te gooien, is nog maar de vraag”, zegt woordvoerder Laurens van der Velde. Het gebrek aan ruimte en goede ventilatie kan nog roet in het eten gooien. “Maar we zijn blij dat het weer mag.”
Te snel
De Hogeschool Rotterdam vindt het allemaal wat snel gaan. Bestuursvoorzitter Ron Bormans schrijft “natuurlijk blij te zijn dat we de ‘normalisering’ nu voltooien”. Maar hij had het tempo van versoepelingen zelf wat lager gelegd; wat hem betreft hadden de mondkapjes in de gangen nog niet hoeven verdwijnen.
Het is volgens Bormans moeilijk om als instelling zelf regels te maken “omdat je dan tegen de maatschappelijke stroom moet in gaan en je jezelf dus met een groot handhavingsvraagstuk opzadelt. We moeten ons realiseren dat afschaffen nu makkelijker is dan straks eventueel op enig moment weer invoeren.”
Kwetsbare groepen
Ook studenten en docenten met een zwakke gezondheid hebben hun bedenkingen bij al te snelle versoepelingen, beseffen de instellingen. Bij Inholland erkennen ze dat het voor sommigen spannend kan zijn en zoeken ze per geval naar een oplossing. “Tot nu toe is het niet veel voorgekomen”, zegt woordvoerder De Bruin.
“Passende oplossingen vind je niet door centrale regels op te leggen, maar door erover in gesprek te gaan”, vindt Van der Velde van Universiteit Twente. “Er zitten wel grenzen aan wat er kan, want we vinden dat onderwijs op de campus er wel bij hoort.”
Nieuwe vorm
Toch lijkt de rol van online onderwijs met het wegvallen van de restricties nog niet uitgespeeld. “Ik denk dat geen enkele onderwijsinstelling volledig teruggaat naar de situatie voor corona”, zegt De Bruin, die bij Inholland veel voordelen van online onderwijs heeft gezien.
Ook bij de VU buigen ze zich nog over een goede balans tussen online en fysiek onderwijs. “We willen studenten de komende tijd in ieder geval veel op de campus zien, want ze hebben de afgelopen 1,5 jaar veel contactmomenten gemist”, zegt Agterhof. “Maar de goede dingen van online onderwijs willen we behouden.”
Dat laatste willen ze ook bij Avans Hogeschool. “Het is bijvoorbeeld voordelig dat de reistijd met online lessen vervalt”, zegt woordvoerder Serge Mouthaan. En ook voor het blended onderwijs – een mix van online en fysiek onderwijs – zien ze daar een blijvende toekomst.
Bij de Universiteit Maastricht staat vast dat onderwijs in kleine groepen “ontzettend gebaat is bij ontmoetingen en discussie”. Maar er zijn “uiteraard lessen te trekken uit dingen die online goed hebben gewerkt”, aldus woordvoerder Koen Augustijn.