Op Prinsjesdag smijt het kabinet met miljarden om de koopkracht overeind te houden. Wat merken studenten ervan? De maatregelen op een rij.
De zorgtoeslag gaat met 35 euro omhoog naar 154 euro per maand. Dat scheelt dus 420 euro per jaar.
De huurtoeslag gaat met 17 euro per maand omhoog en sociale huurwoningen worden gemiddeld 57 euro goedkoper voor huurders met een laag inkomen.
Het minimumloon gaat met 10 procent omhoog. Voor een 21-jarige stijgt het van 81 euro per dag naar 89 euro per dag. Dat scheelt voor studenten met een bijbaan. Ook gaat de inkomstenbelasting enigszins omlaag.
Terugbetalen
Vanaf september 2023 krijgen studenten in het hoger onderwijs weer een basisbeurs: 110 euro per maand als ze nog bij hun ouders wonen en 274 euro als ze uitwonend zijn. Studenten van het huidige leenstelsel ontvangen na hun afstuderen een tegemoetkoming van 359 euro per ‘misgelopen’ jaar basisbeurs.
Per september 2023 krijgen uitwonende studenten 165 euro boven op deze nieuwe basisbeurs. Als ze binnen tien jaar geen diploma behalen, moeten ze het terugbetalen. Vertraagde studenten (bijvoorbeeld vijfdejaars studenten van een vierjarige hbo-bachelor) krijgen het geld ook niet.
Bijzondere bijstand
Studenten krijgen van het kabinet nog steeds geen energietoeslag van 1.300 euro, ondanks dat een Nijmeegse student deze zomer een rechtszaak hierover heeft gewonnen. Wel krijgen de gemeenten samen 35 miljoen euro voor uitzonderingsgevallen. Nog geen 27 duizend van de 409 duizend uitwonende studenten zouden daarmee ‘individuele bijzondere bijstand’ van 1.300 euro kunnen krijgen.
Er zijn ook gemeenten die studenten wél de toeslag geven, al verschillen de voorwaarden. De Landelijke Studentenvakbond adviseert studenten om de energietoeslag gewoon aan te vragen en na een afwijzing op tijd bezwaar te maken. Nieuwe rechtszaken volgen waarschijnlijk in Groningen en Haarlem.