“Wetenschappers profiteren van het vrije intellectuele klimaat waarin ze werken, maar nemen te weinig verantwoordelijkheid om die vrijheid te bevechten voor anderen.” Key-note spreker Craig Calhoun, directeur van de London School of Economics, was streng voor zijn gehoor op de conferentie van Scholars at Risk die vandaag en morgen op de VU en de UvA plaatsvindt.
“Bedreigde wetenschappers offeren hun veiligheid voor dezelfde intellectuele vrijheid, die wij ook nodig hebben om te werken. We delen hetzelfde waardensysteem. Het zou ons direct moeten raken als hun vrijheid in het geding komt.”
Als je dat uit het oog verliest, maak je je als wetenschapper al snel schuldig aan ‘oblivious globalisation’, zoals Calhoun het noemt: je reist veel, hebt een internationaal netwerk en publiceert in internationale bladen. Daarmee voel je je een modelburger in de geglobaliseerde samenleving, maar dat ben je niet zo lang je geen verantwoordelijkheid neemt. Calhoun: “Bij internationale conferenties vragen veel te weinig wetenschappers zich af: wie zijn er niet, omdat ze hier niet konden komen? Wij denken dat we onze academische carrière aan onszelf te danken hebben: omdat we zulke briljante papers hebben geschreven en zo hard hebben gewerkt, maar wij hadden net zo goed ook in die andere positie kunnen zitten”
Verantwoordelijkheid nemen is niet bepaald een sterke kant van wetenschappers, vindt Calhoun. Ook binnen de eigen organisatie kijken wetenschappers gemakkelijk de andere kant op, bijvoorbeeld als jonge wetenschappers het zoveelste tijdelijke contract krijgen. Ook dat kan namelijk een bedreiging zijn voor de intellectuele vrijheid: wie over twee jaar weer contractverlenging nodig heeft, denkt toch net even langer na voordat hij de theorie van zijn hoogleraar aan flarden schiet.
Calhouns’ hartstochtelijke pleidooi voor intellectuele vrijheid en openheid was een mooi en pittig begin van de conferentie.