VU-medewerkers moeten vanaf 8 juni met hun pasje “inchecken” bij de ingang van de VU-gebouwen, om te registreren hoeveel mensen er op de campus zijn. Voor studenten wordt eenzelfde maatregel later ingevoerd. Op de medewerkerspasjes staan persoonsgegevens van de eigenaar, “maar het gaat ons er niet om wie er aanwezig zijn, alleen om hoeveel het er zijn”, zegt Marcel Nollen van het college van bestuur.
De maatregel is nodig vanwege het beperkte aantal personen dat aanwezig mag zijn op de anderhalvemetercampus. De regering staat 20 procent van de normale bedrijfsactiviteiten toe, wat voor de VU neerkomt op maximaal 3.000 studenten en medewerkers.
‘Het gaat ons er niet om wie er aanwezig zijn, alleen om hoeveel het er zijn’
“Maar we zullen niet als politieagent gaan optreden als er te veel mensen komen”, zei Nollen gisteren in een gezamenlijke vergadering van het college met de zeggenschapsraden. Er worden dus geen mensen bij de voordeur tegengehouden. Alle eenheden op de VU maken planningen om te bepalen wie er op de campus werkt en wie thuisblijft. Mocht er geconstateerd worden dat het maximaal toegestane aantal aanwezigen wordt overschreden, dan wordt er in overleg bijgestuurd, legde Nollen uit.
Vragen bij persoonsgegevens
De ondernemingsraad had wat vragen bij die persoonsgegevens, die de VU “technisch gezien zou kunnen gebruiken, maar dat doen we niet”, aldus Nollen. De VU had voor een anoniem pasjessysteem kunnen kiezen, maar dit is het systeem dat we in huis hebben, zei Franc van Nunen van de Facilitaire Campus Organisatie. Volgens bestuursvoorzitter Mirjam van Praag gaat het vaak zo met die persoonsgegevens, bijvoorbeeld bij telecombedrijven. “Daar maak je dan duidelijke afspraken over.”
Inzetten op het vertrouwen en het gezonde verstand van alle betrokkenen
Het college lijkt bij het reilen en zeilen op de anderhalvemetercampus sterk in te zetten op het vertrouwen in het gezonde verstand van alle betrokkenen. Zo gaat het ervan uit dat medewerkers zelf kunnen verzinnen dat ze niet vlak naast elkaar moeten gaan zitten in het restaurant en niet met een hele groep in slecht geventileerde ruimtes werken. “We doen een beroep op hun eigen verantwoordelijkheid”, aldus Nollen.
Trek aan de bel
De VU wijst “preferente groepen” aan die op de campus mogen werken, bijvoorbeeld onderzoekers die afhankelijk zijn van laboratoria, maar we sluiten niemand uit, aldus Nollen. Mocht het coronabeleid betekenen dat de campus moeilijker toegankelijk wordt voor bijvoorbeeld medewerkers of studenten met een beperking, “trek dan aan de bel”, zei hij. “Als inclusieve universiteit zijn we het aan onszelf verplicht om dan maatregelen te treffen.”
‘Het adagium voor medewerkers blijft: zoveel mogelijk thuiswerken’
Het college gelooft niet dat mensen zullen worden verplicht naar de campus te komen als ze dat niet willen. “Ook omdat we de afgelopen tijd geleerd hebben om goed online onderwijs te geven”, zei Nollen. “Het adagium voor medewerkers blijft voorlopig: zoveel mogelijk vanuit huis.”
Al dat thuiswerken brengt soms extra kosten met zich mee. Zo zijn er docenten wier internetverbinding te langzaam is voor een lekker lopende videostream. De ondernemingsraad wilde weten of die de kosten voor een snellere verbinding vergoed kunnen krijgen. Van Praag wil daar niet aan. “Ik heb mijn verbinding zelf laten upgraden en voor 2,50 per maand heb ik nu supersnel internet”, zei ze. “We betalen ook de ov-vergoeding door en medewerkers besparen ook door niet naar de VU te komen.”
‘Wat je nodig vindt, moet je gewoon doen’
Toch zorgt de VU desgewenst voor goede arbeidsomstandigheden thuis. De afgelopen tweeëneenhalve maand heeft ze 400 thuiswerksets (pc’s en andere hardware) naar thuiswerkende medewerkers verstuurd en 200 ergonomisch verantwoorde bureaustoelen, liet Van Nunen weten. “Alles in redelijke billijkheid”, aldus Nollen.
Ook blijkt de VU niet heel moeilijk te doen over het vergoeden van de kosten voor online onderwijs, zoals het opnemen van zogeheten kennisclips. “Wat je nodig vindt, moet je gewoon doen”, zei directeur Financiën Hanco Gerritse. “Als je van plan bent BBC-waardige producties te gaan maken, ga je misschien wat overboard, maar voor een goed idee is er wel wat mogelijk.” Nollen ziet dat als “investeringen die het onderwijs beter maken.” Ook hier deed hij weer een beroep op ieders gezonde verstand.