De voorzitter van de studentenunie Asva Henriëtte Hoogervorst vindt het onterecht dat vooral de studenten de schuld krijgen van het stuklopen van de voorgestelde bètasamenwerkingsplannen.
‘De studentenraad heeft gedaan waarvoor zij bestaan: opkomen voor de belangen van studenten’, schrijft ze in een opiniestuk in Het Parool. Hoogervorst reageert met haar stuk op kritiek van wetenschappers op het afblazen van de bètaverhuizingen.
‘Dit is een historische fout’, zei bijvoorbeeld Ivo van Stokkum, voorzitter van de bètamedezeggenschapsraad aan de VU, tegen Advalvas. ‘Je kunt ze totale visieloosheid verwijten.’ En Walter Hoogland, emeritus hoogleraar aan de UvA, schreef in Het Parool dat de bestuurders van UvA en VU zich in hun besluit over de bètaverhuizingen niet hadden moeten voegen naar de luimen van de ondernemings- en studentenraden.
Hypocriet
Hoogervorst noemt Hoogland hypocriet, omdat hij er als bètadecaan aan de UvA in 2005 zelf bij was toen een fusie tussen de VU- en UvA-bètafaculteiten niet doorging vanwege te grote verschillen. ‘Als er destijds naar studenten was geluisterd, hadden we er nu waarschijnlijk heel anders voor gestaan.’
Ze vindt dat er niet genoeg en niet vroeg genoeg gesprekken zijn geweest met de studenten en medezeggenschapsorganen, en stelt dat de studentenraad goed is opgekomen voor de belangen van studenten. ‘Met dit soort fusies moet er een goed uitgewerkt plan liggen dat de kwaliteit van onderwijs waarborgt. […] Ik ben blij dat de studentenraad de kwaliteit van onderwijs boven internationale allure van de universiteit stelt.’