Waarom mogen alleen hoogleraren zichzelf professor noemen, de toga dragen en de doctorstitel verlenen? Ook universitair docenten en hoofddocenten moeten dat recht krijgen, vindt De Jonge Akademie.
De timing, vlak voor 1 april, geeft misschien te denken. Maar het pleidooi van De Jonge Akademie komt voort uit een langer bestaande stroom van kritiek op de hiërarchie aan de Nederlandse universiteiten.
De Jonge Akademie is een gezelschap van relatief jonge topwetenschappers, verbonden aan de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen. Veel leden zijn zelf al hoogleraar, al zie je dat niet meteen op de ledenpagina van de website: daar zijn de titels weggelaten en moet je doorklikken om ze te zien.
Promotierecht
Het begon al jaren geleden met kritiek op het promotierecht. Universitair docenten en hoofddocenten begeleiden vaak promovendi, maar mochten zelf geen doctorstitels verlenen: dat was voorbehouden aan hoogleraren. Sinds 2017 is dat recht enigszins uitgebreid, maar volgens De Jonge Akademie nog niet voldoende.
De piramide van de universiteiten, met hoogleraren aan de top, zorgt bovendien voor sociale onveiligheid, is een argument dat steeds sterker meeklinkt. Cosmetische verschillen als de toga en de professortitel “zijn wat ons betreft niet onschuldig”.
De oplossing: noem ook UD’s en UHD’s professor en geef ze de bijbehorende rechten. Het afvlakken van de hiërarchische structuur kan eraan bijdragen dat “veelal jongere academici zich uit durven te spreken zonder bang te zijn voor de gevolgen als hoogleraren het niet met hen eens zijn”, staat in de toelichting op het idee.
Zoethoudertje
De Jonge Akademie neemt een voorschot op de tegenwerpingen. Uit eerder onderzoek bleek bijvoorbeeld dat het promotierecht voor UD’s en UHD’s ook weleens als zoethoudertje wordt gezien: dan hoeven ze voorlopig nog geen hoogleraar te worden. Een ander bezwaar is de teloorgang van de oratie: je kunt toch niet allemaal zo’n praatje houden? Het worden er te veel.
Op een ‘ja maar’-pagina geeft De Jonge Akademie alvast antwoorden. Er moet bijvoorbeeld beter omschreven worden wanneer iemand de stap naar een hogere functie kan maken. En de oraties? Daar maak je gewoon iets anders van, zeggen de leden. “Hierbij een voorstel: stel per jaar veertig oraties beschikbaar, en laat mensen een goed plan indienen voor een publiekslezing, vanaf tien jaar na promotie.”
Steun
In een column eerder dit jaar schaarde KNAW-president Marileen Dogterom zich achter de plannen. Ook anderen, zoals de activisten van WOinActie, hebben het idee weleens geopperd. Nieuw is vooral dat er nu een serieuze lobby is ingezet.