“Leeftijdsdiscriminatie is een heel groot probleem in Nederland”, zei minister van Sociale Zaken Lodewijk Asscher gisteren in Nieuwsuur. Zijn ministerie is net een campagne gestart tegen discriminatie op de arbeidsmarkt. Over de VU, die onlangs een oordeel van het College voor de Rechten van de Mens naast zich neerlegde, zei Asscher: “Ik denk dat ze daar echt eerlijk intern het debat moeten voeren: is dit niet een beetje vreemd? Heeft het College voor de Rechten van de Mens toch niet een punt? We moeten onze eigen vooroordelen onder ogen zien om mensen toch een eerlijke kans te bieden.”
De VU was door het mensenrechtencollege veroordeeld voor leeftijdsdiscriminatie bij de reorganisatie van Aard- en Levenswetenschappen.
Niet bindend
Dat de VU de uitspraak van het mensenrechtencollege naast zich neerlegt is uitzonderlijk. In ruim tachtig procent van de gevallen onderneemt de veroordeelde wel actie, reageerde Dick Houtzager van het College. Het mag wel. Een uitspraak van het College voor de Rechten van de Mens is niet bindend. Het is aan de partijen zelf om af te wegen wat ze ermee doen.
Eindelijk gesprek
De VU was niet bereid in de uitzending te reageren. Wel gaat het college van bestuur morgen in gesprek met de gedupeerden. “Eindelijk na twee jaar vechten hebben we een gesprek”, reageert voormalig IvM-wetenschapper Matthijs Hisschemöller. Hij vindt dat de VU eerst moet erkennen dat er wel degelijk sprake was van leeftijdsdiscriminatie en dat de ontslagen van tafel moeten omdat ze niet rechtsgeldig zijn. “Daarna zou ik pas willen praten over geld.” Maar de zaak is complex, geeft hij toe, omdat de belangen voor alle betrokkenen anders zijn. Als de ontslagen medewerkers er niet uitkomen met de VU, stappen ze naar de rechter.