Vlak voor de verkiezingen nam de Tweede Kamer een besluit: het belastingvoordeel voor expats werd ingeperkt. De opbrengst zou bestemd zijn voor een lagere rente voor studenten die de basisbeurs zijn misgelopen.
Een lagere rente dus. Maar hoe doe je dat in de praktijk? Demissionair minister Robbert Dijkgraaf stuurde de Kamer een brief met drie opties: korting op de rente, een renteplafond of een jaarlijks bedrag. Maakt u maar een keuze, was zijn boodschap aan de Tweede Kamer.
Sindsdien is er vooral gedoe over de versobering van de expatregeling: was dat wel een goed besluit, nu techbedrijven Nederland dreigen te verlaten? En als het besluit wordt teruggedraaid, waar komt het geld voor de pechstudenten dan vandaan? De uitkomst is nog ongewis.
Beloofd
Dinsdag deed Tweede Kamerlid Jan Paternotte (D66) een poging om het onderwerp op de agenda te zetten. “Het moment gaat aanbreken dat we volgend jaar de studenten van de pechgeneratie niet kunnen geven wat hun wel was beloofd”, zei hij. “Daarom willen wij graag een debat.”
De minister hoefde er niet eens bij te zijn, merkte hij op, “want het is nu toch echt aan de Kamer en misschien wel specifiek aan de formerende partijen. Maar het lijkt mij in ieder geval goed om dat debat snel met elkaar te voeren.”
Allerlei partijen steunden het verzoek van D66, maar de formerende partijen PVV, VVD, NSC en BBB niet. Reinder Blaauw (PVV) noemde het een belangrijk voorstel, maar hij wilde “graag eerst een brief en dan behandeling in een commissiedebat”.
Daar sloten VVD en BBB zich bij aan. Ook Pieter Omtzigt (NSC) wil eerst een brief (“binnen twee weken”) en sneerde naar de partijen die het leenstelsel hadden ingevoerd: “Ik vind het heel interessant dat alle partijen die het leenstelsel ingevoerd hebben, dit nu zo snel mogelijk willen compenseren. Dat vind ik heel goed.” Dat waren destijds PvdA, VVD, D66 en GroenLinks.
Brief waarover?
Paternotte snapte het niet. Die brief met opties is immers al toegestuurd, dus waar vragen de vier formerende partijen om? “Ik vind het echt ongelofelijk wonderlijk dat er een brief wordt gevraagd. Ik denk dat de minister van Onderwijs geen idee heeft waar hij een brief over moet sturen.”
Maar daar eindigde het, tot verbazing van Paternotte. Hij vroeg nog aan Kamervoorzitter Martin Bosma: “Weet u het wel?” Maar dat veranderde er niets aan.