Onderwijs kost veel geld: zo’n vijftig miljard euro per jaar, twaalf procent van de rijksbegroting. Maar dat is niet waar de politiek zich op moet blindstaren, wat de Onderwijsraad betreft. Die moet zich meer bewust zijn van de opbrengsten.
De belangrijkste? Een grotere kans op werk, een hoger inkomen, meer economische groei, gezonder gedrag, een kleinere kans om ziek te worden, minder tienerzwangerschappen en minder criminaliteit. En die voordelen betalen zich een leven lang uit, zegt de Onderwijsraad in zijn vandaag verschenen advies.
Bezuinigingen
Het zal niet lang duren of de partijen die nu een kabinet proberen te vormen moeten financiële keuzes maken. De kans op bezuinigingen is groot, vreest de Onderwijsraad. Daarom stuurt de raad uit eigen beweging dit advies aan de overheid.
De raad sluit aan bij een al langer lopende discussie om van uitgaven niet alleen te kijken naar hun effect op het bruto binnenlands product (de platte versie van ‘economische groei’), maar ook naar de ‘brede welvaart’. Welke euro levert meer welvaart op voor de samenleving? Het Centraal Planbureau werkt aan modellen die daar meer inzicht in moeten geven.
De Onderwijsraad verwacht hier veel van, maar waarschuwt ook dat “niet alles van waarde zich laat vangen in indicatoren, doorrekeningen of brede-welvaartsanalyses”. De raad vraagt om “een langetermijnvisie op onderwijs, consistent beleid en adequate wet- en regelgeving”.
Kwetsbaar
De Onderwijsraad ziet dat het onderwijs een kwetsbare plek inneemt aan de begrotingstafel. Meer dan bijvoorbeeld de zorg of defensie. Omdat in de wet staat dat de zorg ‘de stand van de wetenschap’ volgt, stijgen die kosten vrijwel automatisch. En voor defensie ligt een wetsvoorstel klaar om de NAVO-bestedingsnorm van twee procent van het bbp wettelijk vast te leggen. “Dergelijke regelingen zijn er niet voor het onderwijs”, ziet de raad. Extra geld voor het onderwijs vergt nu telkens opnieuw een politiek besluit.