Er komt voorlopig geen juridische procedure over de regeling voor examens en tentamens. Het rechtsgeding dat vandaag zou plaatsvinden bij de commissie voor geschillen in het hoger onderwijs is afgeblazen. De commissie heeft het bezwaarschrift van de ondernemings- en studentenraad namelijk niet ontvankelijk verklaard. De medezeggenschapsorganen moeten eerst nog een poging doen er samen met het college van bestuur uit te komen, vindt de commissie. Dat kan bijvoorbeeld door het inschakelen van de raad van toezicht.
Het geschil tussen de raden en het cvb is deels procedureel van aard. Het bestuur wil een model Onderwijs en Examenregeling (OER) opstellen dat alle faculteiten moeten in voeren. De medezeggenschapsraden vinden dat hierbij de bevoegdheden van de faculteiten worden ingeperkt. En de raden vinden dat zij eerst het model OER moeten goedkeuren voor die van kracht kan worden. (Zie Advalvas 4 pag 28)
Inhoudelijk hebben de ondernemings- en studentenraad ook bezwaren tegen de regeling. Zo zouden studenten alleen mogen herkansen als ze bij de eerste gelegenheid minimaal een vier hebben gehaald. Bovendien vinden ze de regeling veel te gedetailleerd en moeten meer zaken aan de afzonderlijke opleidingen worden overgelaten.
Inmiddels zijn het bestuur en de medezeggenschapsraden begonnen met het inventariseren van de pijnpunten in het model OER om te zien of de medezeggenschapsraden toch kunnen instemmen met een aangepaste regeling. Die zou dan, als alles op tijd lukt, komend academisch jaar nog in moeten gaan.
Mochten de gesprekken de komende weken niets oplossen, kan de geschillencommissie alsnog om een uitspraak worden gevraagd. Die gaat er dan vooral over of de medezeggenschap al dan niet moet instemmen met de model OER voordat deze rechtsgeldig verklaard kan worden.