De netwerken die het voortgezet onderwijs en het hoger onderwijs met elkaar verbinden, krijgen toch wel subsidie. De vraag is nog hoeveel.
Het dreigde einde verhaal te zijn voor wat door ingewijden de VO-HO-netwerken worden genoemd, organisaties die het contact tussen de universitaire wereld en het voortgezet onderwijs warmhouden. Bètapartners is bijvoorbeeld zo’n netwerk op het gebied van de exacte vakken. Het is van de VU, de UvA , de HvA en 44 middelbare scholen uit de regio Amsterdam . Bètapartners zorgt ervoor dat leraren up-to-date blijven op het gebied van nieuwe wetenschappelijke ontwikkelingen, dat studenten naar een middelbare school kunnen om te kijken of lesgeven iets voor ze is, dat docenten een deel van hun tijd onderzoek kunnen doen. Allemaal nuttige dingen, maar in de onderwijsbegroting voor volgend jaar was er geen geld voor uitgetrokken.
Handtekeningen
Agnes Kemperman, voorzitter van Bètapartners, trok dit voorjaar al aan de bel bij het ministerie van onderwijs, maar kreeg geen reactie. Toen twee weken terug bleek dat er inderdaad geen geld gereserveerd was voor de netwerken, ging ze met handtekeningen naar Den Haag. Want hoewel de onderwijsinstellingen en scholen zelf een deel van het netwerk betalen, is subsidie nodig om de boel draaiend te houden.
Bètapartners krijgt 2,5 tot per twee jaar. Daarmee betalen ze onder meer een aantal leraren die voor een dag per week aan de VU, UvA of HvA werken om contacten te onderhouden en netwerkbijeenkomsten te organiseren. Bètapartners bestaat al sinds 2004 en is onder meer opgericht omdat er steeds minder scholieren een exacte studie kozen. Als jongeren al op de middelbare school meekrijgen hoe interessant exacte wetenschappen zijn, kiezen ze die misschien vaker als studie, was het idee.
Toezegging
“Minister Bussemaker heeft zelf verklaard dat gelijke kansen hèt onderwijsthema is voor het komend jaar. Ons netwerk verkleint de afstand tot een volgende opleiding en is daardoor juist belangrijk voor jongeren voor wie het niet vanzelfsprekend is dat ze gaan studeren”, legt Kemperman uit.
Ze had succes in Den Haag. Hoe veel de VO-HO-netwerken precies krijgen, is nog even afwachten, maar in elk geval kreeg ze van staatssecretaris Sander Dekker de toezegging dat ze niet worden wegbezuinigd.