Toen Nadia na een half jaar solliciteren een bijstandsuitkering aanvroeg, werd die door haar gemeente geweigerd. Met een hbo-diploma op zak en haar eerste kind op komst moest ze terug de collegebanken in.
In februari 2013 zag alles er goed uit voor Nadia (26). Ze behaalde haar diploma van de opleiding management, economie & recht, had stage gelopen bij de gemeente en ontving een prijs voor haar afstudeerscriptie. Toch lukte het haar niet een baan te vinden.
Bodem in zicht
Nadia had gespaard, maar in september kwam de bodem van de schatkist in zicht. “De eerste maanden heb ik geen uitkering aangevraagd, omdat ik daar niet van afhankelijk wil zijn”, vertelt ze. Inmiddels zwanger van haar eerste kind, klopt ze toch aan bij de gemeente. Vanwege gezondheidsproblemen kon haar man op dat moment ook niet aan het werk.
De gemeente weigerde Nadia in november 2013 een bijstandsuitkering, met het argument dat Nadia jonger is dan 27 jaar en toegang heeft tot het hoger onderwijs. Ze moest zich opnieuw inschrijven voor een opleiding, en leven van de studiefinanciering.
Voor de rechter
Nadia’s zoontje is inmiddels een half jaar oud. Om te voorkomen dat ze met hem op straat zou komen te staan, moest Nadia uiteindelijk de gemeente voor de rechter dagen. Een behoorlijk stressvolle periode.” Dat gevecht won ze, maar het gezin is nog bezig met het afbetalen van schulden die ze moesten maken om rond te komen.
In de wet staat dat jongeren onder de 27 ofwel moeten werken ofwel moeten leren. Die regel levert problemen op: studenten die het niveau niet aankunnen vallen uit en blijven achter met een studieschuld. Sommige jonge ouders lukt het niet om zorg en studeren te combineren. Gemeenten kunnen een uitzondering maken, maar ze zijn zelf verantwoordelijk voor hun bijstandsbudget dus dat kost geld.
Optie van niks
Nadia was hoe dan ook niet van plan zich weer in te schrijven bij een hogeschool. “Toen de beslissing van de gemeente kwam was het al november. Februari is dan het volgende instroommoment, maar in die maand zou ik gaan bevallen. Ten tweede heb ik al een hoger onderwijsdiploma en ten derde heb ik nog maar een jaar recht op studiefinanciering, terwijl alle masters waar ik voor in aanmerking kom twee jaar duren. Ik had dus veel moeten gaan lenen om rond te komen.”
Maar de gemeente was onwrikbaar. Nadia kreeg geen uitkering, ook niet tot het eerste instroommoment in februari. Telefoontjes en een officieel bezwaar hielpen niet. Aan het eind van het jaar had ze een huurachterstand van vijf maanden, nog één maand en ze had op straat gestaan. “Ik was zwanger, het was allemaal zo negatief. Ik dacht op den duur: er is geen uitweg meer.”
Toch een uitkering
Uiteindelijk kwam Nadia, hoogzwanger inmiddels, in contact met het Stichting steunpunt studerende moeders. Met hulp van het steunpunt spande ze een kort geding aan tegen de gemeente. Nadia won, en de gemeente moest haar met terugwerkende kracht een uitkering geven.
Volgens de rechter beschikt ze “ruimhartig over een startkwalificatie” en ligt het in zo’n geval “in de rede dat de jongere enige tijd wordt gegund om met deze kwalificatie de arbeidsmarkt te betreden”. Daarnaast moest de gemeente Nadia haar ‘bevallingsverlof’ gunnen. Volgens de rechter staat bovendien niet vast dat hogescholen en universiteiten voldoende faciliteiten bieden om ouderschap en studeren te combineren.
Achterstallige huur
“Een kort geding aanspannen om je recht te halen, dat gaat gewoon te ver”, vindt Nadia. “Ik heb bij de gemeente gewerkt, dus ik kon onze verhuurder gelukkig uitleggen wat er allemaal was gebeurd. We hebben nu een regeling voor de achterstallige huur, maar dit was allemaal niet nodig geweest.”
De uitspraak van de rechter was een zogeheten voorlopige voorziening. De gemeente mocht per september 2014 opnieuw bekijken of Nadia weer zou moeten gaan studeren. Ze heeft daar nog niets over gehoord.