Ruim de helft van de internationale studenten is van plan om na afstuderen in Nederland te blijven. Dat zijn er ondanks de coronacrisis ongeveer evenveel als vorig jaar, meldt internationaliseringsorganisatie Nuffic.
Via allerlei kanalen heeft het Nuffic een vragenlijst rondgestuurd aan internationale studenten en ruim vierhonderd van hen vulden die in september in. Dat zijn er niet zo veel, en of de studenten hun voornemens waarmaken moet ook nog maar blijken. Dus houdt de organisatie wat slagen om de arm.
Weinig verandering
Uit het onderzoek blijkt in elk geval dat 57 procent van de respondenten na afstuderen in Nederland wil blijven, om te gaan werken of een vervolgstudie te doen. Studenten van buiten de Europese Economische Ruimte, die sterk oververtegenwoordigd zijn in de enquête, zijn daar iets stelliger in: van hen wil 59 procent hier blijven.
Degenen die weg willen noemen onder andere het Nederlandse coronabeleid als reden.
Daarmee lijkt er vooralsnog weinig te veranderen: van de internationals die in 2019-2020 afstudeerden was in januari 2021 de helft nog in Nederland, berekende het CBS eerder. In de pre-corona jaren was dit aandeel – een jaar na afstuderen – ongeveer gelijk.
Hoge levensstandaard
De hoge levensstandaard en de kwaliteit van onderzoek en onderwijs zijn voor de geënquêteerden de belangrijkste redenen om te blijven. Degenen die weg willen noemen hun geringe baankansen, de krappe woningmarkt en het Nederlandse coronabeleid als reden.
Internationals die vanwege de coronacrisis vanuit hun thuisland studeerden zijn minder geneigd hierheen te komen (40 procent) dan degenen die ten minste een deel van hun opleiding in Nederland volgden (60 procent).
Uit eerder onderzoek weet Nuffic dat afgestudeerden in tekortvakken vaker blijven. Dat geldt voor technische studies en in mindere mate ook voor onderwijs- en gezondheidsstudies.