Universitair onderwijs heeft alles in zich om een gemeenschap te zijn, een smeltkroes van diverse perspectieven en ideeën. Maar door de toename van politieke spanningen wereldwijd ontstonden er scheuren binnen die gemeenschap. Deze verdeeldheid heeft studenten doen geloven dat ze morele rechters moeten zijn van medestudenten en docenten. Het lijkt meer te gaan om het uiten en opleggen van persoonlijke overtuigingen dan om het voeren van een dialoog, het doel om elkaars perspectieven te begrijpen is uit het zicht geraakt.
Uit persoonlijk ervaring weet ik hoe belangrijk het is om verschillende standpunten te begrijpen, maar ook hoe moeilijk het kan zijn om dit in de praktijk te brengen. Ik ben opgegroeid op een katholieke Nederlandse basisschool, waar ik amper kennismaakte met andere culturen. Dat veranderde toen ik naar een internationale middelbare school ging. Ik voelde me daar niet op mijn plaats, vooral het omgaan met leeftijdsgenoten vond ik lastig. Dat kwam door de culturele tegenstellingen die vaak leidden tot botsingen.
Dit veranderde toen ik ging proberen om de perspectieven en waarden van anderen te begrijpen. Ik begon te begrijpen dat zij ook het recht hebben om standvastig te zijn in hun overtuigingen, net zoals ik dat ben. Al zal het altijd lastig blijven om om te gaan met mensen wier opvattingen tegengesteld zijn aan de jouwe. Maar elkaar proberen te begrijpen helpt enorm.
Naar aanleiding van de controverses die recent op de campus plaatsvonden, concludeer ik dat universiteiten anders moeten omgaan met culturele of morele verschillen. Ik pleit hierbij voor een platform voor eerlijk en respectvol debat. Dit debat mag niet alleen gebaseerd zijn op gevoelens, maar ook op de rijke expertise die de universiteit ons biedt. Beide kanten van het verhaal moeten helder worden uitgedrukt om een echte dialoog aan te kunnen gaan. Alleen op die manier zijn wij in staat om elkaar goed te begrijpen. Hoe meer we openstaan om van elkaar te leren, hoe meer we als gemeenschap kunnen groeien. We zullen het misschien nooit allemaal met elkaar eens zijn. Sterker nog, we mogen het heftig oneens blijven zijn. Maar we moeten op z’n minst naar elkaar hebben geluisterd. En door dat te doen helpen we de universiteit met haar missie van een bredere geest, a broader mind.