OPINIE
25 september 2017Zet uitgeverijen aan de kant en doe het zelf
Uitgeverijen hebben bij open access nog steeds te veel macht, vindt Sascha Friesike.
“Vier jaar geleden waren we er vrij zeker van dat alle wetenschappelijke artikelen binnenkort in open access zouden worden gepubliceerd”, zegt Sascha Friesike, universitair hoofddocent bij de School of Business and Economics. Maar nog steeds staat een groot deel van de wetenschappelijke publicaties achter een betaalmuur. Sterker nog, de laatste deals versterken de macht van de uitgeverijen alleen maar meer.
Het idee achter open access is dat wetenschappelijke publicaties gratis toegankelijk zijn. Er zijn verschillende manieren om dat voor elkaar te krijgen. De Nederlandse universiteiten proberen het te regelen via contracten met de uitgevers. Daarin komen ze overeen dat de universiteiten een bepaald bedrag betalen voor publicaties van hun onderzoekers in plaats van, zoals vroeger, voor abonnementen op tijdschriften.
“Dat model geeft uitgevers veel te veel macht”, vindt Friesike. De traditionele uitgeverijen stellen allerlei voorwaarden. In de open access-deal van universiteitenkoepel VNSU met Elsevier is bijvoorbeeld bepaald dat alle Nederlandse universiteiten samen maar 3600 artikelen per drie jaar in open access mogen publiceren.
Bovendien valt een groot aantal tijdschriften niet onder die deal, waaronder belangrijke als The Lancet en Cell, beide wel uitgegeven door Elsevier. Om artikelen daaruit te lezen moeten we blijven betalen. “Zo proberen de uitgeverijen twee keer geld te verdienen aan universiteiten”, vindt Friesike. “En ze laten ons al vijftig jaar te veel betalen!”
Want eigenlijk wordt al het werk rondom het publiceren gedaan door wetenschappers, betoogt hij. Wetenschappers schrijven hun artikelen, hun collega’s lezen die kritisch en reageren erop, de auteurs passen teksten aan of doen aanvullend onderzoek totdat het goed genoeg is voor publicatie. Het enige wat de uitgeverijen nog moeten doen, is het op internet zetten.
Dat moet anders, vindt Friesike. Hij stelt voor om publicatieplatforms te bouwen, waarin Europese universiteitsbibliotheken zelf wetenschappelijke tijdschriften runnen. Het gaat dan niet alleen om de eindproducten, maar ook om onderzoeksdata of software die binnen deze platforms beschikbaar komen.
“We denken nog te veel vanuit papieren publicaties. We meten de wetenschappelijke impact van een publicatie aan de hand van hoe vaak die geciteerd wordt in andere artikelen. Maar er is zoveel meer dan alleen die publicatie. Sommige wetenschappers bouwen voor hun onderzoek software, die anderen daarna ook gaan gebruiken. Dat telt nu – heel onterecht – niet mee voor de impactfactor.”
Universiteiten moeten gewoon het heft in eigen hand nemen. “Dat is echt geen onoplosbare puzzel”, zegt Friesike. “Er zijn al wetenschapsfondsen die zelf publicatieplatforms gaan opzetten, zoals de Engelse Wellcome Trust and the Gates Foundation. Dat is al één stukje van de puzzel. Maar zolang we geld blijven geven aan traditionele uitgeverijen, blijft er minder over om dat voor elkaar te krijgen.”
Innovatiewetenschapper Sascha Friesike onderzoekt hoe digitalisering de wetenschappelijke praktijk verandert. Hij publiceerde zijn ideeën onder meer in Science. Marieke Kolkman is webredacteur bij Advalvas.
Reageren?
Houd je bij het onderwerp, en toon respect: commerciële uitingen, smaad, schelden en discrimineren zijn niet toegestaan. De redactie gaat niet in discussie over verwijderde reacties.