Kijken in het leidersbrein
Het is een goede tijd om leiderschapsonderzoeker te zijn. Allereerst behoeft de populariteit van populistische politieke leiders als Trump, Salvini en Baudet een wetenschappelijke onderbouwing. De leiderschapsliteratuur gaat er nogal eens vanuit dat mensen een voorkeur hebben aardige, empathische en integere leiders, maar dat lijkt toch wat kort door de bocht in het licht van de recente verkiezingsuitslagen in Europa en de VS. Ten tweede is er voor onderzoekers een scala aan nieuwe technieken voorhanden om het gedrag van leiders te bestuderen. Vooral de ontwikkelingen in de neurowetenschappen zijn interessant. Zo kunnen we iemands invloed als leider meten door te kijken naar breinpatronen bij volgers. Degene met wie groepsleden tijdens een discussie hun breingolven synchroniseren, wordt vaker als leider aangewezen door de groep. Met behulp van oogbewegingen kunnen we bovendien vaststellen wie de meeste status krijgt van alle groepsleden.
Onderzoek met hersenscanners wijst erop dat het bewustzijnsniveau van volgers daalt wanneer ze worden blootgesteld aan charismatische leiders. Het is bijna alsof ze onder hypnose worden gebracht. Volgers zijn dan waarschijnlijk minder kritisch en ontvankelijker voor manipulatie door leiders.
Ook hormonen in het brein blijken van invloed op leiderschap. Ons onderzoek laat bijvoorbeeld een positief verband zien tussen de hoeveelheid testosteron – het zogenaamde statushormoon – en het gebruik van een autoritaire stijl van leidinggeven. En wanneer iemands leiderschapspositie wordt bedreigd, zien we een stijging in testosteron en cortisol (voor regulering van stressreactie).
Cortisolwaarden blijken te kunnen dalen door het volgen van een mindfulnesstraining die leiders leert zich te concentreren op concrete zintuiglijke ervaringen. Ook zijn er interessante ontwikkelingen in de toepassing van artificiële intelligentie om bepaalde leiderschapstaken over te nemen. Beoordeling van medewerkers kan waarschijnlijk objectiever door een algoritme worden gedaan. Maar de vraag is of organisaties bereid zijn hun managers te vervangen door artificiële intelligentie.
Kortom, leiderschap is een hot topic. En daarom heeft de VU recentelijk het Amsterdam Leadership Lab opgericht (amsleadershiplab.com). Daar komen onderzoekers van uiteenlopende disciplines bij elkaar om kennis over leiderschapsvraagstukken te delen. Misschien lukt het ons ooit nog eens om rechtstreeks in het brein van leiders en volgers te kijken en kunnen we daarmee verkiezingen, aandelenkoersen, oorlog en vrede beter voorspellen.
Reply?
Stick to the subject, and show respect: commercial expressions, defamation, verbal abuse and discrimination are not allowed. The editors do not argue about deleted responses.