OPINION

05 November 2018

Nee, studenten zijn niet goed af

Het kabinet speelt financieel verstoppertje met studenten, vinden Tom van den Brink en Sjoerd Stikvoort.

Nederland telt ruim 150.000 wo- en hbo-eerstejaars. Zij behoren tot de eerste lichting studenten die in het eerste studiejaar slechts de helft van het collegegeld (2060 euro) betalen. Zijn zij dan de eerste groep die de beloofde 1000 euro van Rutte terugkrijgt? Helaas, ook zij gaan er uiteindelijk op achteruit. Het kabinet speelt namelijk financieel verstoppertje met de studenten.

De infographic van het onderwijsministerie bracht het rooskleurig: ‘Start jij in het studiejaar 2018/2019 voor het eerst met een opleiding aan een hogeschool of universiteit? Dan wordt jouw collegegeld voor jouw eerste jaar gehalveerd!’ Het ministerie had daarbij mogen vertellen dat zij de korting van 1030 euro tijdens en na hun studententijd dubbel en dwars gaan terugbetalen. Want om de studie te kunnen bekostigen, blijkt dat studenten gemiddeld meer dan 490 euro per maand gaan lenen. Met dat geleende geld gaan zij ondanks de korting van 1030 euro al snel verlies lijden. En daarvoor zijn twee redenen.

Allereerst verhoogt het kabinet vanaf 1 januari 2019 het lage btw-tarief van 6 naar 9 procent. Boodschappen, openbaar vervoerskosten (naast het studentenreisproduct) en een bezoek aan kapper en fietsenmaker worden hiermee elke keer de helft meer belast. De discussie over de btw-verhoging gaat te vaak over huishoudens en niet over studenten.

ChristenUnie-fractievoorzitter Gert-Jan Segers twitterde bijvoorbeeld: ‘Oftewel: consumptie wordt iets meer belast en arbeid veel minder. Een keus die goed is voor zowel mensen als de aarde.’ Maar dit geldt niet voor nieuwe studenten, want die hebben weinig voordelen wat betreft de belasting op arbeid. Studenten hebben meestal hooguit een bijbaantje. Aan de andere kant hebben zij wel als grootste uitgavenpost de bovengenoemde consumptie. Bij één keer boodschappen merk je er niets van, maar je maandlasten gaan er onbewust fors door omhoog.

De tweede adder onder het gras is schrijnender: het kabinet stelt voor om de rente op studieschulden te verhogen. Kortom, over de 21.000 euro die studenten gemiddeld gaan lenen, gaan zij meer rente betalen. En als het aan het kabinet ligt, gaat de verhoging van de rente al van start voor studenten die gaan studeren in 2020. Momenteel veronderstelt men dat er voorlopig nul procent rente over de studielening wordt geheven.

Maar dat was eerder ook niet zo: in 2007 betaalden afgestudeerden meer dan 4 procent rente en in 2011 ongeveer 1,4 procent. De indirecte koppeling van de rente op studieschulden aan de zogeheten tienjaarsrente in plaats van de vijfjaarsrente op staatsobligaties zal leiden tot een forse verhoging van de rente op studieleningen.

Met deze maatregel gaat de overheid uiteindelijk jaarlijks meer verdienen dan met de verlaging van het collegegeld voor eerstejaars. Bij een studieschuld van 21.000 euro en een te verwachten rente van 2,5 procent, betaalt een student dat jaar 500 euro rente. Hoewel bijna de voltallige oppositie in de Eerste Kamer opriep deze maatregel niet door te laten gaan, houdt de coalitie vooralsnog de gelederen gesloten.

Anders dan een eenmalige verlaging van het collegegeld is een verhoging van de btw en de rente op studieschulden structureel. Zie daar het financiële verstoppertje.

Tom van den Brink is voorzitter en Sjoerd Stikvoort bestuurslid van ISO (Interstedelijk Studenten Overleg).

Dit artikel is eerder verschenen in dagblad Trouw.

Tom van den Brink en Sjoerd Stikvoort

Reply?

Stick to the subject, and show respect: commercial expressions, defamation, verbal abuse and discrimination are not allowed. The editors do not argue about deleted responses.

CAPTCHA
Deze vraag is om te controleren dat u een mens bent, om geautomatiseerde invoer (spam) te voorkomen.