#Relativeren
Ik haat relativeren, omdat het tijd kost en pijnlijk is om mijn eigen standpunt in te leveren. Het doet pijn om tot het inzicht te komen dat je niet altijd gelijk hebt en dat je soms ook aan de kant kunt zitten waar jijzelf de kritiek te verduren krijgt. Maar tegelijk vind ik dat het je een mooi persoon maakt als je genuanceerd te werk gaat en niet altijd zo een kant en klare mening hebt liggen waarmee je anderen pijn doet. Ik ga er niet omheen draaien: soms is het haast onvermijdelijk om op tenen te trappen of iemand tegen zijn schenen te schoppen. Maar vaak genoeg is het wel mogelijk om ook eens vanuit je eigen standpunt te kijken naar een situatie en je af te vragen hoe het zou zijn als jij degene in kwestie was. Dan verandert de kritiek meestal en maakt ze plaats voor begrip. De woede wordt liefde en de kloof een brug.
Context kan gewoon zoveel duidelijk maken. En dit is waar ik mijn studie begin te waarderen. Antropologie. De studie van de context noemde ik het ook weleens. En hoewel ik eindeloos relativeren ook niet leuk vind, moet ik zeggen dat het me veel heeft gedaan om een gebeurtenis niet louter te bestuderen als losstaand fenomeen, maar om haar in plaats daarvan te beschouwen als onderdeel van een groter geheel. Dat maakt veel meer duidelijk en zo kom je eerder tot een constructieve conclusie dan wanneer je populistisch gaat lopen smijten met snelle besluiten en oordelen. Het biedt gewoon veel meer rust van binnen.
De woede wordt liefde en de kloof een brug
Als men mij vroeger vroeg wat antropologie nou eigenlijk was, voelde ik dat ik tekort schoot met een simpel knip-en-plak-antwoord van de VU-website, ofwel: we bestuderen cultuur. Ik vond het altijd veel passender om te vertellen dat wij ons echt ‘holistisch’ bezighielden met contextbegrip. Ik gaf altijd als voorbeeld: stel dat jij iemand een chippie ziet laten vallen en diegene stapt erop en stampt het fijn. Terwijl je een ander datzelfde chippie ziet laten vallen en die raapt het meteen op en zegt er misschien een klein gebedje bij op. Wat zegt dat over de betekenis van het chippie voor die twee personen? De een lijkt er heel nonchalant en nalatig mee om te gaan, terwijl de ander er redelijk wat waarde aan lijkt te hechten. Door te kijken naar hoe deze personen denken over voedsel, chips, het laten vallen van voedsel en de waardering ervan krijg je al veel meer inzicht in beide situaties en kun je de personen in kwestie beter begrijpen. Misschien dat het verschil dan helemaal niet meer zo raar overkomt en je eigenlijk beiden wel begrijpt. Misschien dat je dan zegt: ja als ik in die situatie zat, zou ik misschien hetzelfde hebben gedaan.
Kortom: door te kijken naar historische, ecologisch deterministische, politieke en sociale factoren die meespelen in het leven van een persoon en zijn of haar gemeenschap worden zaken die je misschien op het eerste ogenblik zou afdoen als stom, dom of raar toch wat duidelijker en normaler voor je. Mensen aan het woord laten en hen begrijpen, hen observeren en met hen meedoen in hun dagelijkse handelingen, je verdiepen in hun situatie en je in hun verplaatsen kan heel wat met een mens doen. Dat wil niet zeggen dat je helemaal geen eigen mening kunt hebben over dingen, maar het maakt je waarschijnlijk wel wat empathischer, aardiger, doordachter en genuanceerder. Het is een soort spirituele groei die je doormaakt. Je wordt eerder een lief mooi bloempje dan een akelige doorn. En de kans dat men even langskomt om aan je te ruiken en je te plukken uit het veld wordt groter.
Illustratie: Dido Drachman
Dit is de laatste blog van Ferdous Arachid. Wij danken hem hartelijk, en wensen hem een gelukkige, muzikale toekomst.
Reageren?
Houd je bij het onderwerp, en toon respect: commerciële uitingen, smaad, schelden en discrimineren zijn niet toegestaan. De redactie gaat niet in discussie over verwijderde reacties.