De luidste Dodenherdenking
Ik associeer de Dam met toeristen, duiven, vol, luid, druk. Zelfs in de coronacrisis zijn er mensen op de Dam, de stad is nooit stil. Slechts één keer per jaar, op 4 mei, is er een onderbreking van de drukte op de Dam. Met de Dodenherdenking van vorig jaar stond het plein nog vol mensen, dat is nu ondenkbaar. De mensen zijn thuis, nemen deel via een scherm.
Ook ik zat maandag om kwart voor acht met mijn familie voor de televisie. Het was een onwerkelijk beeld; het enorme plein, omringd door de stad, voor het eerst leeg. Alleen een podium, een anderhalvemeterorkest, en zes mensen die het plein op kwamen lopen. De zes waadden zich dwars door de leegte, kaal en onbeschermd, maar krachtig. De mensen van het volk, de koning en koningin, premier Rutte en burgemeester Halsema, normaal omringd en beschermd, maar nu kwetsbaar. Ik kreeg er plaatsvervangend pleinvrees van.
De twee minuten stilte was stiller dan ooit, maar in betekenis was het luider. Het feit dat de herdenking doorging, ondanks de maatregelen, benadrukte het belang. Wij zijn hier, zodat u kunt thuisblijven, zeiden de zes. Ik zat thuis, maar in gedachten stond ik samen met heel Nederland op de Dam.
Ja, er waren dappere mensen die hun leven gaven voor de vrijheid, helden zogezegd. Maar er was ook een andere realiteit die veel te lang stil is gehouden
De koning hield voor het eerst een toespraak tijdens Dodenherdenking. In het verlengde van de eerdere verontschuldiging aan Indonesië dit jaar, en Ruttes excuses over het tekortschieten van de overheid tijdens de Holocaust, benoemde Willem-Alexander een pijnlijk feit dat jarenlang is verzwegen. Hij benoemde de verzetsmythe: het naoorlogse idee dat elke Nederlander alles opgaf om te voorkomen dat hun landgenoten werden vervolgd door de bezetters. Het is een pijnlijke tweestrijd. Ja, er waren dappere mensen die hun leven gaven voor de vrijheid, helden zogezegd. Maar er was ook een andere realiteit die veel te lang stil is gehouden. Er was passiviteit, verraad, de NSB, antisemitisme, racisme en haat tegenover gemarginaliseerde groepen. De overheid en Nederlandse organisaties werkten mee, om burgerslachtoffers te besparen. Buren verraadden elkaar in ruil voor brood, de koningin zat in Londen, en onder de neus van de overheid werden treinen weggevoerd met mensen die - zodra ze de grens over waren - als minder waardevol dan vee werden behandeld.
De Dodenherdenking herdacht pas vanaf de jaren zestig slachtoffers van de Jodenvervolging. Het feit dat er pijnlijk veel Joodse (en andere gemarginaliseerde groepen) waren opgepakt en vermoord, paste niet in het plaatje van de verzetsmythe.
Nu wordt dit wel erkend en herdacht. De fouten van vorige generaties erkennen kan helaas de Holocaust niet goedmaken, maar we kunnen er wel een les voor de toekomst uit halen. Dit nooit meer. Niet wegzetten, goedpraten, uitwissen, apart zetten. In een land waar al segregatie, racisme of systematische onderdrukking bestaat, kan willekeur en waanzin de overhand nemen. Met de coronacrisis worden we eraan herinnerd hoe belangrijk vrijheid is.
{ Lees de 1 reacties}
Wat een indrukwekkend stuk, bijna pijnlijk scherp...
Reageren?
Houd je bij het onderwerp, en toon respect: commerciële uitingen, smaad, schelden en discrimineren zijn niet toegestaan. De redactie gaat niet in discussie over verwijderde reacties.